• +31 97023229333
  • info@detaalschool.com

A2

A2-werkboek

Het werkboek dat hoort bij ons grammaticaboek: ‘Alle grammatica op A2-niveau’.

Het boek bevat meer dan 200 grammatica-oefeningen gebaseerd het ERK en het ABCD-model van Neuner.

Het boek is geschikt voor zelfstudie, maar ook voor in de klas.

 

Totaal: € -

Ken je de klimatariër al? (A2 / B1)

We kennen de vegetariër en de vegan, maar ken je de klimatariër al? 

De New York Times zette het woord ‘klimatariër’ op de lijst van de nieuwe woorden van 2015. Hij of zij wil klimaatverandering tegenaan door te letten op wat hij of zij eet. 

Wat een een klimatariër dan?

 

1. Eet alleen lokale producten

Het is beter voor de natuur om alleen lokale producten te eten. Door te kiezen voor lokale producten eet je per seizoen anders. Op deze manier worden de uitlaatgassen bespaard die ontstaan bij het transport van voeding vanuit het buitenland.

2. Eet minder vlees en kiest bewust

Het produceren van vlees zorgt voor vervuiling van de planeet. Daarom eet de klimatariër minder vlees en meer vegetarische gerechten. 

3. Gebruik alle ingrediënten 

Een klimatariër gooit zo min mogelijk voedsel weg en probeert alles te gebruiken. Eten produceren kost energie en dit wil hij zoveel mogelijk tegengaan.

4. Kies voor natuurlijk

Het bewerken en verpakken kost energie en is dus slecht voor het milieu. Daarom kiest hij producten die zo min mogelijk bewerkt en verpakt zijn. Denk hierbij aan lokaal-geproduceerde groente en fruit.

 

 

 

Woordenlijst

  1. klimatariër = iemand die klimaatverandering wil stoppen door op het eten te letten.
  2. vegetariër = iemand die geen vlees eet
  3. vegan = iemand die geen vlees en zuivelproducten eet.
  4. klimaatverandering = de verandering van het weer / het warmer worden van de aarde.
  5. letten op = aandacht geven aan.
  6. lokale producten = producten die in de buurt geproduceerd worden.
  7. uitlaatgassen = het gas dat naar buiten gaat als bijvoorbeeld benzine in een motor wordt verbrand.
  8. buitenland = een ander land dan waar je woont / leeft.
  9. bewust kiezen = goed nadenken over wat je kiest.
  10. vervuiling = de toestand waarbij iets (in dit geval:het milieu) erg vies wordt gemaakt.
  11. zo min mogelijk = zo weinig als dat hij / zij aankan.
  12. verpakken = in papier, plastic enz. doen.

Israëlisch koppel trouwt in de achtertuin (A2)

Een Israëlische man en vrouw trouwden in hun achtertuin. Ze konden geen groot feest geven door Corona. Ze wilden de bruiloft niet afblazen en dus trouwden ze gewoon in hun eigen achtertuin!

De mensen in de buurt keken ernaar. Ze juichten en en klapten vanaf hun balkons. Alle buurtbewoners zongen en er werd gedanst. Het koppel danste en de mensen die eromheen wonen, dansten mee via hun balkon.

De inwoners van Israel mogen zich niet verder dan 100 meter van hun huis bevinden.

  1. het koppel = twee mensen die bij elkaar horen
  2. afblazen = het niet door laten gaan 
  3. juichten / juichen = schreeuwen omdat je blij bent
  4. klapten / klappen = een slag met je hand 
  5. zongen / zingen = met je stem verschillende tonen laten klinken
  6. zich bevinden = aanwezig zijn / waar je bent

 

De tekst + woordenlijst printen? Dat kan hier:Israelisch koppel trouwt in de achtertuin – A2

Wil je deze tekst + vragen en lesideeën regelmatig in je mail vinden? Schrijf je dan hier in.

 

Minder sociale media? – A2

Minder sociale media?

Sociale media kan een fijne plek zijn, maar je kunt er ook verslaafd aan raken. Het is lastig om dat niet te worden. De meldingen vliegen je om de oren. Hierdoor kun je je een beetje slecht voelen. Hoe ga je er goed mee om?

We geven je tips.

  • Waarom zit je op social media?

Bezoek je Instagram en Facebook om geïnspireerd te raken of wil je graag het nieuws in de gaten houden? Bekijk je het om op de hoogte te blijven van het leven van je vrienden en familie of gebruik je het voor jezelf? Het is handig om te bedenken waarom je sociale media gebruikt.

  • Plan vaste tijden in.

Soms gaan we naar sociale media zonder dat we het in de gaten hebben. Juist op dit moment kijk je niet met goede aandacht naar de foto’s, maar scrol je door de foto’s om de tijd te vullen. Door vaste tijden in te stellen, kijk je met meer aandacht naar de foto’s. Dit kun je bijvoorbeeld doen om 9 uur ’s ochtends of 8 uur ‘s avonds.

  • Krijg je een negatief gevoel van sociale media?

Kijk goed naar welke accounts je een negatief gevoel geven en ga ze ontvolgen. Kijk ook naar posts waar je blij van wordt en probeer je daar meer op te focussen.

  • Zet je meldingen uit.

Als je je meldingen uitzet, heb je meer rust overdag. Je pakt minder snel je telefoon en je doet andere dingen die je belangrijk vindt.

Woordenlijst

  • verslaafd raken aan = als je niet meer zonder iets kan.
  • lastig = moeilijk
  • om de oren vliegen = er heel veel van zien.
  • geïnspireerd raken = iets / iemand waardoor je nieuwe ideeën krijgt.
  • in de gaten houden = weten wat er gebeurt / zorgen dat je weet wat er gebeurt.
  • op de hoogte blijven = informatie ontvangen / zorgen dat je weet wat er gebeurt.
  • handig = makkelijk om te doen / iets dat handig is zorgt dat het makkelijker is / wordt.
  • inplannen = een schema maken waarin staat wanneer je iets gaat doen.
  • aandacht = je erop concentreren.
  • negatief gevoel = geen goed gevoel.
  • ontvolgen = niet meer volgen. Je ziet het dan niet meer op sociale media.
  • focussen = aandacht aan geven.

De tekst + woordenlijst printen? Dat kan hier: Minder sociale media? – A2

Alleen met Kerstmis? Met deze tips maak je het fijn (A2)

Niemand hoeft alleen te zijn met Kerstmis. En het hoeft ook niet, maar het mag wel. Soms kan het niet anders. En het kan ook fijn zijn.

Maak een wandeling

Ga naar buiten. Frisse lucht doet altijd goed. Het is gezond en het maakt je vrolijk. Ga naar een plek waar je nog nooit geweest bent, maar je wel graag heen wil. Je hebt alle tijd. Heerlijk!

Lees je favoriete boek nog een keer

Een boek dat iedereen je aanraadt, maar waar je nooit tijd voor hebt. Ga op de bank liggen, maak een lekkere kop chocolademelk of thee en rust goed uit.

Doe vrijwilligerswerk

Met kerst wordt er van alles en nog wat georganiseerd. Mensen kunnen je hulp gebruiken. Misschien kun je ergens helpen. Denk bijvoorbeeld eens aan de daklozenopvang of ga langs bij oudere mensen zonder familie.

Maak iets moois

Maak jezelf een mooi kerstcadeau: knap je huis op, schilder een mooi schilderij, schrijf een mooi verhaal of haak een kussen. Misschien kun je wel een nieuw meubelstuk maken.

Woordenlijst

  1. tips = advies, aanraden.
  2. fijn = gezellig, met een goed gevoel.
  3. anders = op een andere manier.
  4. wandeling = lopen om te ontspannen.
  5. frisse lucht = schone lucht, open lucht, de lucht van buiten.
  6. gezond = goed voor je lichaam.
  7. vrolijk = blij
  8. aanraadt / aanraden = advies, tips geven.
  9. vrijwilligerswerk = werk zonder dat je er geld voor krijgt, werk zonder betaling.
  10. van alles en nog wat = veel verschillende dingen / activiteiten.
  11. hulp = je geeft hulp als je iemand helpt.
  12. ergens = op een plek.
  13. daklozenopvang = waar mensen die geen huis hebben kunnen blijven.
  14. zonder = je hebt het niet.
  15. kerstcadeau = iets wat je iemand geeft omdat het Kerstmis is.
  16. knap op / opknappen = mooier / beter maken.
  17. haak = soort breien. Je maakt lussen en die lussen zorgen voor een vorm / figuur.
  18. meubelstuk = iets wat in je huis staat.

De tekst + woordenlijst printen? Dat kan hier: A2 – Alleen met kerst? Gebruik deze tips

Start je eigen boekenclub (A2 / B1)

Lijkt het je leuk om samen over boeken te praten? Denk eens aan een boekenclub. Als er bij jou in de buurt geen boekenclub te vinden is, begin er dan zelf een. Hoe? Wij geven je een aantal tips.

Bepaal het type boekenclub

Waarom wil je een boekenclub beginnen? Wil je alleen praten over boeken of lijkt het je ook leuk om van tevoren samen te eten? Moet iedereen het boek helemaal gelezen hebben of vind je dat niet belangrijk? Wil je een online of een offline boekenclub beginnen?

Welk genre?

Wat voor soort boeken wil je bespreken? Thrillers, romans of misschien wel meerdere genres? Het is handig om hier van tevoren al over na te denken, zodat je weet welke mensen je kunt uitnodigen.

De grootte van de groep

Hoeveel mensen wil je uitnodigen? Wil je de groep klein houden of veel mensen uitnodigen? Bij een grote groep is het voordeel dat je veel verschillende ideeën over het boek te horen krijgt. Een nadeel kan zijn dat het te druk is.

Hoe ga je mensen uitnodigen?

Daarna kun je mensen gaan uitnodigen. Ken je mensen die van lezen houden? Dat maakt het makkelijk. Ken je nog niemand die van lezen houdt? Kijk dan eens op specifieke Facebook-groepen, zoals Boekenverslinders of Boeken Lezen. Misschien kun je ook wel een advertentie ophangen in de supermarkt, bibliotheek of boekhandel of plaats een bericht op meetup.com

Kies een locatie

Als de aanmeldingen binnenkomen en je een beter idee krijgt van de grootte van de club, kun je een locatie kiezen. Wil je het bij jou thuis doen, in de bibliotheek, in een koffietentje? Denk aan de voor- en nadelen. De bibliotheek is rustig maar misschien iets te formeel. Een koffietentje is gezellig, maar ook vaak druk en rumoerig. Je kunt er ook voor kiezen om de club iedere keer bij iemand anders thuis te houden.

Je kunt een boekenclub organiseren, maar je kunt natuurlijk ook denken aan iets anders. Bijvoorbeeld een kookclub, hardloopclub of een schilderclub.

Woordenlijst

  1. boekenclub  = een groep mensen die samenkomen om over boeken te praten.
  2. een aantal = een hoeveelheid van iets.
  3. bepaal / bepalen = vaststellen, beslissen, een besluit maken.
  4. van tevoren = vooraf, voordat
  5. belangrijk = van grote betekenis, van groot belang.
  6. meerdere = meer dan een.
  7. handig = goed om te doen, makkelijk te gebruiken.
  8. uitnodigen = een bericht waarmee je vraagt of iemand te gast wil zijn.
  9. voordeel = iets wat positief voor je / de situatie is.
  10. verschillende = allemaal andere, meer dan een.
  11. nadeel = iets wat negatief voor je / de situatie is.
  12. specifieke = speciale, met een gericht doel.
  13. aanmeldingen = inschrijven, mensen die willen komen.
  14. koffietentje = een bar waar je koffie kan drinken. Er zijn verschillende soorten beschikbaar.
  15. formeel = zakelijk
  16. rumoerig = veel geluid, lawaaierig.

De tekst + woordenlijst printen? Dat kan hier: A2 : B1 – Start je eigen boekenclub

Spreekkaart (A2)

Download hier de spreekkaart om te oefenen voor het inburgeringsexamen:

spreken A2 kaart

Omgaan met stress (A2)

Af en toe stress voelen is niet erg, maar als je het gevoel hebt dat je de controle verliest, dan is er een probleem. Om dit te voorkomen hebben we een paar tips voor je.

Tip 1:

Schrijf alle gedachtes op. Kijk naar je blaadje. Welke gedachtes veroorzaken stress? Schrijven is een fijne manier om je gedachten op een rijtje te zetten. Onthoud dat de gedachten die je opschrijft geen feiten zijn. Je stress wordt niet veroorzaakt door de gedachten maar doordat je denkt dat ze waar zijn.

Tip 2:

Probeer je in iemand anders te verplaatsen. Hoe zou jouw situatie dan voelen? Of hoe zou iemand anders omgaan met jouw situatie en problemen? Door hiernaar te kijken, zie je al snel het probleem en hoe je dit moet oplossen. Vraag je af: wat is er het ergste wat er kan gebeuren?

Tip 3:

Breek het probleem in stukken. Grote problemen zijn moeilijk te overzien. Hierdoor krijg je snel stress. Als je stap voor stap een oplossing bedenkt wordt het makkelijker om het te overzien en los je het probleem langzaam in zijn geheel op.

Tip 4:

Bekijk het probleem op een andere manier. Je hersenen zullen er dan op een andere manier mee omgaan, waardoor je minder stress hebt.

Tip 5:

Praat er met mensen over. Iemand kan je vaak een nieuwe, frisse blik geven op de situatie.

Tip 6:

Pas je verwachting aan. Als je de verwachting aanpast, voel je vaak ook minder druk.

Tip 7:

Waardeer de dingen die goed gaan. Maak een lijstje van alle dingen die wel goed gaan. Door dit te doen lijken je problemen opeens een stuk minder groot.

Woordenlijst

  1. omgaan met = hoe je het behandelt, hanteren.
  2. af en toe = soms.
  3. voorkomen = zorgen dat het niet gebeurt.
  4. veroorzaken = zorgen voor.
  5. op een rijtje zetten = een overzicht maken.
  6. onthoud / onthouden = niet vergeten.
  7. feiten = iets wat waar is, de werkelijkheid staat vast.
  8. in iemand anders verplaatsen = bedenken hoe iemand anders zich kan voelen.
  9. oplossen = laten verdwijnen, stoppen, beëindigen.
  10. overzien = het helemaal duidelijk zien.
  11. in zijn geheel = helemaal.
  12. een stuk minder groot = heel veel kleiner.

De tekst + woordenlijst printen? Dat kan hier: A2 – omgaan met stress

Reizen op een andere manier (A2)

Reizen op een andere manier

Even op vakantie. Dat hoeft tegenwoordig niet meer in een hotel of in een vakantiehuisje. Dat kan ook aan de keukentafel bij een gezin uit Spanje of als vrijwilliger op een boerderij in Montenegro. Er zijn heel wat andere manieren van reizen.

Huizen ruilen, oppassen op een huis, vrijwilligerswerk doen in het buitenland in ruil voor kost en inwoning. Door het internet is het heel makkelijk om wereldwijd met elkaar in contact te komen. Net zoals we al makkelijk spullen kunnen delen (denk aan: maaltijden, auto’s, kleding) is nu ook deze manier van vakantievieren populair.

Steeds meer mensen vinden het belangrijk om op vakantie ‘betekenis’ te vinden. Het is niet meer populair om te hoppen langs de highlights, maar men wil een unieke ervaring beleven en de reis diepgang geven. Dit kan bijvoorbeeld door mee te helpen op een boerderij waar je logeert.

Reistrendwatcher Tessa aan de Stegge zegt: ‘In de eerste instantie is deze manier van reizen populair geworden door de economische crisis, maar het gaat nu niet meer alleen om geld. Mensen zijn wereldburgers geworden. Van over de hele wereld zoeken gelijkgestemden elkaar op en door het internet kunnen we elkaar steeds beter vinden.’

Woordenlijst

1. vakantiehuisje = een verblijf met als doel om te ontspannen.
2. boerderij = een gebouw waar de boer woont. Het is een huis met landbouw- of veeteeltbedrijf.
3. manieren = hoe het gebeurt.
4. huizen ruilen = je ruilt je huis met iemand anders voor een bepaalde tijd. Hierdoor hoef je alleen maar de kosten van het vervoer te betalen en de uitstapjes tijdens het verblijf.
5. oppassen op een huis = je zorgt voor een huis, tuin en / of dieren terwijl de eigenaar van het huis niet aanwezig is.
6. kost en inwoning = in plaats van geld voor je werkzaamheden krijg je gratis een verblijfsplaats en eten.
7. wereldwijd = verspreid over de hele wereld.
8. populair = veel mensen vinden het leuk.
9. hoppen = huppelen (vaak gebruikt: in een situatie waarbij je ‘snel ergens langsloopt / langskomt’).
10. uniek = het komt niet vaak voor.
11. diepgang = iets om over na te denken.
12. logeert / logeren = ergens anders blijven slapen.
13. in eerste instantie = in het begin.
14. wereldburgers = mensen die zich overal in de wereld thuisvoelen.
15. gelijkgestemden = personen met dezelfde ideeën.

De tekst + woordenlijst printen? Dat kan hier: Een andere manier van reizen – A2

 

Het A2-werkboek

Het werkboek dat hoort bij ons grammaticaboek: ‘Alle grammatica op A2-niveau’.

Het boek bevat meer dan 200 grammatica-oefeningen gebaseerd het ERK en het ABCD-model van Neuner.

Het boek is geschikt voor zelfstudie, maar ook voor in de klas.

 

Totaal: € -